Thursday, 10 October 2013

Kattengedrag: het verhaal van Stimpy / A cat´s behaviour: Stimpy's story

Het verhaal van Stimpy
 
Jackson Galaxy is een bijzonder intrigerend persoon. Zijn affiniteit met katten is  -  voor mij -  een beetje legendarisch. Op zijn webpagina vind je allerlei informatie over katten, hun ‘zijn’, hun gedrag en hoe je daar op een positieve manier mee om kunt gaan.
Meest opvallend is de eerste zin van zijn bio-pagina: Jackson “speaks Cat. And cats listen” – een quote die overigens oorspronkelijk van mousebreath komt. Hij schreef zijn memoires  neer in Cat Daddy: What the World’s Most Incorrigible Cat Taught Me About Life, Love and Coming Clean (Tarcher/Penguin, May 2012), waarin hij uitlegt  hoe de kat Benny zijn leven redde, en zo het pad effende om de Cat Daddy van de VS te worden. Zijn ervaring in asielen en opvangcentra voor kitten en honden hielp hem daarbij. Hij deelt zijn expertise, met name de Cat Mojo benadering, aan vrijwilligers en professionelen en startte zelfs een privépraktijk om dieren te behandelen op een holistische manier: gedragsmatig en fysiek. Hij helpt mensen het gedrag en de geest van hun kat(ten) te begrijpen, met de klemtoon op positief gedrag van zowel kat als baasje. Vaak ligt het probleem van de kat eerder bij de persoon/personen die voor de kat zorgt: een beetje vergelijkbaar met wat ik in mijn ervaring als kinderpsycholoog meemaakte.

Op veel vlakken doet hij me aan mezelf denken: kijken hoe ver je kunt gaan, af en toe een serieuze krab oplopen, en vandaar kijken wat je nog kunt doen. Jackson had Billy als eerste leraar, ik had Stimpy.
Stimpy was een geval apart. Ik vond hem in het centrum van Gent toen ik psychologie studeerde; hij was toen zeven weken oud, pluizig zwart, en had nog van die blauwe oogjes. Hij had waarschijnlijk nooit geleerd hoe hij een kat moest zijn, want hij logeerde bij een artiest, die mij liet beloven goed voor hem te zorgen – anders mocht ik hem niet meenemen. Omdat Jasper toen al vijftien was, was het sowieso niet vanzelfsprekend er nog een kat bij te hebben, maar ik nam Stimpy toch mee naar huis. Zo’n klein hummeltje kon ik niet aan zijn lot overlaten.
Na die eerste maanden bij ons verhuisde hij mee met mijn broer, maar hij kwam al snel weer terug wegens onhandelbaar en agressief. Mijn broer was immers vaak van huis, en Stimpy moest zichzelf zien bezig te houden. Hoewel hij gek was op de kat, zag mijn broer niet hoe erg die kat zijn gezelschap en aandacht nodig had.

In zijn eerste jaar viel Stimpy drie keer kort na mekaar – hij was een wildebras, altijd uit op avontuur en dansen op het randje van wat veilig was. Hij hield er een permanent ontwrichte knie aan over. De combinatie van slechte socialisatie en constante pijn maakte hem agressief, defensief en bijzonder onvoorspelbaar. Hij viel aan wanneer het niet nodig was, hij kon niet geaaid worden, he blokkeerde de doorgang zodat je er niet langs kon. Hij besprong me langs achter, klemde mijn hoofd in zijn klauwen en trok dan hard. Hij maakte me doodsbang. Het werd zelfs zo erg dat de dierenarts bij wie de katten toen gingen, suggereerde om hem te laten inslapen ofwel naar een boerderij te brengen. Geen van beide opties was bespreekbaar voor mij. Ik had een belofte gedaan, en ik zou mijn kat niet dumpen omdat hij agressief was. Mijn ouders begrepen wel dat ik hem niet wilde wegdoen, gelukkig. We vonden andere manieren om hem te helpen, met biergisttabletjes die hem kalmeerden, en veel aandacht. Het ging beter toen we een andere kat erbij kregen: eerst kwam Freggel, dan Felix.

Toen ik ging samenwonen met Marco, mijn lief, nu echtgenoot, ging Stimpy mee en Felix ook. Stimpy was toen zeven jaar. Met Marco kreeg Stimpy een onbreekbare band. Het was geweldig om te zien hoe die zwarte, gepijnigde kat met zijn boze buien en onvoorspelbare gedrag ineens de rust vond om zich meer en meer als een echte kat te gedragen die zelfs af en toe geaaid kon worden. Met Felix had hij een kater die boven hem stond, en toen Spook – een Noorse boskat – er nog bij kwam, werd de hiërarchie voor Stimpy alleen maar duidelijker. Hij leek beter te aarden met meer katten in de buurt.
Op het moment dat de tumor kwam – de tumor die zijn oog aantastte en hem veel pijn gaf, en die hem uiteindelijk ook zijn leven kostte – deelde hij zijn plekjes met vijf andere katten – en dat ging fantastisch. De eerste helft van zijn leven mag dan een grote uitdaging geweest zijn, de tweede helft die voor mij veel meer betekenis had, was er een die gekenmerkt werd door rust, en de occasionele woedeaanval. Felix heeft Stimpy ook veel geholpen. Ook hij is intussen gestorven, maar ze blijven altijd een deel van me.

Katten die niet gesocialiseerd zijn, vormen altijd een uitdaging. Agressie bestrijden met agressie is geen oplossing; bovendien kent een kat het concept van straf niet, dus ook dat heeft geen zin. Belangrijk is een kat die nooit geleerd heeft een kat te zijn, op een positieve manier te benaderen. Veel van wat Stimpy deed, heb ik leren begrijpen dankzij de tv-reeks ‘My cat from hell’, van Jackson Galaxy: gedrag van katten kan veranderd worden, door te spelen en kwaliteitstijd te spenderen met je kat. Want wie zegt dat een kat een solitair dier is, komt toch van een koude kermis thuis: katten zijn heel sociaal, hebben aandacht nodig, tijd. Dat verdienen ze ook. Dus zorg goed voor je pluizige haarballen, want ze delen een heel lange periode van je leven!

 
 
 
Stimpy's Story

Jackson Galaxy is quite an intriguing character. His affinity with cats is – to me – almost legendary. On his
webpage you can find lots of information on cats, about their ‘being’, their behaviour and how to deal with that in a positive way.
The first line on his biography page is especially catching: Jackson “speaks Cat. And cats listen” – a quote that was adapted from mousebreath. He wrote his memoirs, Cat Daddy: What the World’s Most Incorrigible Cat Taught Me About Life, Love and Coming Clean (Tarcher/Penguin, May 2012), in which he explains about the cat Benny, who saved his life and broadened the path to become the Cat Daddy of the States. Jackson’s experience in animal shelters with both cats and dogs has helped him along the way; he shares his expertise, i.e. the Cat Mojo treatment, with volunteers and professionals and even started a private practice to help people deal with their cats in a holistic way, that is both behavioural and physical. He helps people understand the behaviour and spirit of their cat(s), emphasizing positive acting from caretaker and pet. More often than not the cat’s problem is a person’s problem, something I experienced myself when I was still a children’s therapist.

In many ways, Galaxy reminds me of me: watching how far you can go with a cat, getting scratched badly once in a while, and weigh all options there from. Jackson may have had Billy as a first eacher, I had Stimpy.
Stimpy was what you call an extraordinary cat. I found him, in the heart of Ghent City, where I studied psychology at the time. He was nearly 7 weeks old, fuzzy black, with still those watery blue eyes. He’d probably never learned how to be a proper cat, since he stayed with this artist, who made me promise to take good care of him – only then I was ‘allowed’ to take him with me. Our first cat Jasper was 15, so it’d be tricky to bring in a kitten, but I did so anyway. I could not leave him where he was.
After those first couple of months, he moved in with my brother, but returned home with me not too long after, because of aggressive and unwieldy behaviour. After all, my brother did not spend too much time at his place, leaving Stimpy to entertain himself. Though my brother was very fond of his cat, he was not able to see the cat needed him being there, spending time with him.
In his first year of life, Stimpy made some nasty falls – he was pretty wild, always seeking the thrill of things, dancing on the edge of danger. It gave him a permanent dislocated knee, which caused him lots of pain. Together with his antisocial behaviour, this pain made him very unpredictable, aggressive, and defensive. He attacked when he did not need to, he was not to be petted, he would block the doorway so you could not pass. He would jump me from behind, clamping my head in his claws and tearing. He practically scared the hell out of me. It was so bad the vet we had then suggested to put him down or drop him off at a farm. To me, either was non-negotiable. I had made a commitment, and I was not dumping my cat because of aggression. Luckily, my parents understood I did not want to let him go. We found other ways to ‘treat’ his aggression: with beer yeast tablets, which made him calm down quite a bit, and lots of TLC. Things improved even more with the arrival of another cat: first Freggel, then Felix.

When I moved in with Marco, lover then husband now, Stimpy and Felix came with me. Stimpy was 7, Felix 6. It was Marco who proved to be the major change for Stimpy: man and cat got an unbreakable bond of friendship. It was so marvelous to see this freaked-out, seemingly unmanageable, and highly unpredictable cat transform into a nice, calm cat that could be petted to some extent. With Felix he had a cat standing on top of things, and when Spook – a Norwegian forest cat – joined the club, the hierarchy became even clearer for Stimpy. He seemed to do well when with other cats. When the tumor appeared – the tumor that infected his eye and caused him pain and agony, and that cost him his life in the end – he was living quite happily with five other cats. His first 7 years may have been a challenge, his last and most significant seven were marked by bliss and peace, and the occasional tantrum. Felix has helped Stimpy a lot as well. He too passed away, but they will always remain an important part of my life.

Cats who are not socialized will always prove to be a challenge. Fighting aggression with aggression has the opposite effect; and a cat does not know the meaning of punishment, so that won’t help either. Most important is to treat a cat who has never learned to be a cat, in a positive way. I learned to understand a lot of the things Stimpy did and did not do by watching the tv-show ‘My cat from hell’, by Jackson Galaxy: a cat’s behaviour can be changed, through play and spending quality time with your cat. For who believes a cat to be a solitary animal, is quite wrong: cats are very social, they need your attention, your time. They deserve that. So take good care of your fuzzy hairballs, for they share a large period of your life!

 

No comments:

Post a Comment